dinsdag 24 september 2013

Niet (alleen) voor bruiloften en partijen




Maar eerst wijs ik u een weg die nog voortreffelijker is.  (…)
Had ik de liefde niet, ik zou niets zijn. (…)
De liefde is geduldig en vol goedheid. De Liefde kent geen afgunst, gen ijdel vertoon en geen zelfgenoegzaamheid. Ze is niet grof en niet zelfzuchtig, ze laat zich niet boos maken en rekent het kwaad niet aan ….                                
                                                                  1 Kor. 12:31b, 13:2d, 4, 5


Hij blijkt echt te bestaan (google maar na): een top 10 voor ‘uitvaartliederen’. Welke muziek wordt het vaakst gedraaid tijdens uitvaartplechtigheden. Jarenlang stond  Mieke Telkamp  met Waarheen, waarvoor?   Op nummer 1, maar inmiddels is zij royaal ingehaald door artiesten als Marco Borsato, Frans Bauer en André Hazes;  het Ave Maria schijnt ook bij protestanten en mensen die ‘ niks’ zijn, populair te zijn.
Ik weet niet of er ook zo’n top 10 bestaat met favoriete bijbelteksten voor trouwdiensten, maar ik verwacht dat 1 Kor. 13 dan onveranderd hoog zou staan, waarschijnlijk al decennialang op nummer 1. Want kun je nu iets mooiers verzinnen op je trouwdag: een hoofdstuk dat alleen maar over de liefde gaat, waar de liefde als het ware vanaf druipt. En waar zou het op een trouwdag anders over moeten gaan.

Toch zit daar ook een gevaar in. Het gevaar namelijk dat we uit het oog verliezen in welke situatie Paulus deze woorden schreef. 1 Kor. 13 is onlosmakelijk verbonden met de rest van de brief, en in ieder geval met hoofdstuk 12 en 14. Daarin gaat het om de manier waarop  de gemeente in Korinthe omgaat met de gaven van de Geest, de charismata. Die zijn op de manier waarop ze gehanteerd worden bepaald niet tot opbouw van de gemeente. Zo zijn we wel  bedoeld, maar in Korinthe hebben ze voor een tweedeling gezorgd. Mensen met ‘ bijzonder gaven’  (genezing, spreken in tongen) beroemen zich daarop en voelen zich ver verheven boven hen die die gaven niet bezitten. En die anderen zijn geneigd het met het eens te zijn: “Ik ben geen oog, dus ik hoor niet bij het lichaam”  zeggen zij (zie hoofdstuk 12).

Het is niet het enige conflict in de gemeente. Paulus schrijft er een lange brief aan omdat er heel  veel mis ging in deze stadsgemeente. Een kleine groep in een grote havenstad, weer onderverdeeld in een aantal huisgemeente, wordt vermaand en onderwezen over haar leer en leven: er zijn ‘partijschappen’ (ik ben van Paulus, ik van Apollos), over de ‘ ware wijsheid’ (het kruis), over incest-achtige toestanden, over recht zoeken bij ongelovigen, over misstanden bij het Avondmaal en – last but not least – over ontkenning van de opstanding van Christus.

In  die context schrift Paulus dan over een weg die ‘ voortreffelijker’ (NBV) of ‘ uitnemender’ (SV) is, die ‘nog veel verder omhoog voert’  (NBG). Na deze laatste woorden uit hoofdstuk 12  mag u een dubbele punt lezen in plaats van een punt en in één adem doorlezen in hoofdstuk 13. 1 Kor. 13 is in de eerste plaats bestemd voor een gemeente waar de zonde en de dwaalleer welig tieren. En met betrekking tot de charismata maakt Paulus dan duidelijk dat die er helemaal bij horen (hij gooit niet met het badwater ook het kindje weg), maar dat ze inhoudsloos, niets zijn – veel geschreeuw en weinig wol – als ze niet worden gepraktiseerd worden in en met liefde.

En die liefde is dan heel praktisch; toegespitst op mensen die elkaar helemaal niet zo liggen, soms zelfs bestrijden, die elkaar maar moeilijk kunnen liefhebben. Tegen hen zegt Paulus: die liefde die jullie gemeente-zijn mag en moet kenmerken, is geduldig (als de ander wat meer tijd nodig heeft om de ‘ rechte weg’ te vinden), niet afgunstig (als iemand een meer bijzondere gave is geschonken dan mij), kent geen ijdel vertoon en zelfgenoegzaamheid, is niet grof en zelfzuchtig: alles verdraagt ze, alles gelooft ze, alles hoopt ze, in alles volhardt ze.

1 Kor. 13 mag je ook lezen op een trouwdag, vooral met het oog op de jaren die – hopelijk – volgen: als die ander toch ook wel een flink aantal irritante trekjes blijkt te hebben, bijvoorbeeld. Maar laten we het  alsjeblieft niet beperken tot bruiloften en partijen. Het is een hoofdstuk voor het alledaagse leven, in ieder geval voor het alledaagse ‘ gemeenteleven’ .

Meditatie in het kerkblad Hervormd Dordrecht, nr. 15, 31 juli 2009

Geen opmerkingen:

Een reactie posten