woensdag 1 april 2015

Als de graven openbreken ...



De graven werden geopend en en de lichamen van veel gestorven heiligen werden tot leven gewekt (Mattteüs 27:52)
Wanneer de bazuin weerklinkt, zullen de doden worden opgewekt met een overgankelijk lichaam .... (1 Kor. 15:52)

Op de een of andere manier ben ik een jaar of 20 geleden in het bezit geraakt van een boek uit 1927, Licht uit de graven van ds. J.J. Knap Czn. De ondertitel van het boek luidt Bijbellezingen over de doodenopwekkingen in het Nieuwe Testament. De schrijver wijdt 12 lezingen aan de opwekking van Lazarus, en steeds twee aan de zoon van de weduwe in Naïn, het dochtertje van Jaïrus en Tabitha of Dorcas; Eutychus tenslotte, de jongeman die overleed na een val uit het raam van de samenkomst-bovenzaal (omdat hij in slaap was gesukkeld, Handelingen 20:7-12) moet het met één hoofdstuk stellen.
Wat dan opvalt is dat Knap met geen woord rept over de collectieve dodenopwekking waar Matteüs over schrijft. Op de middag van de Goede Vrijdag, op het moment dat Jezus sterft, gebeuren er elders twee bijzondere dingen:
  • het voorhangsel in de tempel scheurt; de weg naar God, afgesloten na de zondeval, is weer open (zie de Hebreeën 10:19 en 20)
  • buiten de stad worden ”veel gestorven heiligen” tot leven gewekt. Zij wachten keurig hun beurt af: ze blijven wachten tot zondagmorgen, als Jezus is opgestaan; dan pas vertonen ze zich in de stad.
Knap is niet de enige bij wie dit laatste aspect van het Paasevangelie ontbreekt; in de klassieke kinderbijbels wordt het gescheurde voorhangsel veelal wel genoemd, maar de opwekking van de doden niet. Zelf kreeg ik het in vele jaren bijbelvertellingen en preken ook niet mee. Maar daarom hoort het er nog wel helemaal bij.

Het bijbelgedeelte laat veel vragen open: wie waren deze gestorven heiligen, wanneer leefden en stierven ze, en in wat voor soort lichaam verschenen ze. Maar de boodschap is duidelijk. Toen Jezus stierf aan het kruis, was het écht allemaal volbracht. Niet alleen was er betaald voor de schuld, voor de zonde, maar de Heer overwon toen ook de macht van de dood. En 1 Korintiërs 15 laat zien dat deze dodenopwekking een teken is, dat verwijst naar Gods toekomst; net zoals de genezingen die Jezus verrichtte, en de 600 liter hele beste wijn, waarmee Hij een bruiloft redde, dat waren. Als straks de bazuin klinkt,  vindt er een nog veel grotere dodenopwekking plaats, wereldwijd. Wat gezaaid werd in vergankelijkheid en oneer, wordt door de Heer opgewekt in onvergankelijkheid en eer. In een wereld vol dood en verderf, pijn en verdriet blijven we belijden en geloven in een opgestane Heer, én in de  ’opstanding des vlezes’.

Geplaatst  in Kerk op Dordt jaargang 6, nummer 8  d.d. 10 april 2015.