zondag 19 september 2021

Vragen bij 'Dat mag gewoon niet'


Als het om preekbevoegdheid gaat, kan ik me wel vinden in de lijn De Kok/Eschbach (ND 15/9). In Groningen en Friesland ben ik indertijd ook diverse keren onbevoegd voorgegaan; daar verwoordde een predikant het ongeveer zo: liever iemand die zich niet houdt aan de kerkorde dan iemand die de meest fundamentele zaken van de belijdenis aan zijn of haar laars lapt. Het gaat er op dit punt overigens in sommige delen van het land al heel lang gemoedelijk aan toe: iemand vertelde mij dat hij ooit als rechtenstudent in de bibliotheek van de theologische faculteit in Groningen zat, toen een secretaresse haar hoofd om de deur stak met de vraag wie er de zondag daarop in een dorp in de provincie wilde voorgaan. ‘Als ik toen mijn hand had opgestoken en ’s zondags naar het dorp was afgereisd, had er waarschijnlijk geen haan naar gekraaid’, zei hij.
 

Maar in het artikel 'Stop onbevoegd preken' (ND 13/9) gaat het ook over sacramentsbevoegdheid; mijn ‘stokpaardje’. Al in 2006 stuurde ik een open brief aan de synode over de knellende situatie in onze wijkgemeente (zie mijn blog). Zo vroeg ik n.a.v. de uitleg die ik kreeg over een bepaling in de nieuwe PKN-kerkorde ‘waarom drugsgebruikers en AIDS-patiënten wél brood en wijn mogen ontvangen uit de handen van een ouderling of diaken en andere zondaren niet?‘ En ik wilde graag weten waarom het veelgehoorde argument over de de eenheid van Woord en sacrament wél geldt voor de ouderling (die niet mag preken en dus ook niet mag dopen enz.) en niet voor de pastorale werker (die wel mag preken maar toch niet dopen enz.). De vragen die ik stelde, zijn nooit beantwoord. Of het moet zijn met de uitspraak van De Reuver: ‘dat het gewoon niet mag'.
 
Ondertussen zijn er wel versoepelingen geweest, zodat sommige HBO-ers mogen preken en de sacramenten bedienen. Maar die hebben soms weer bizarre gevolgen. Zo mocht ik indertijd in onze wijkgemeente de sacramenten niet bedienen omdat ik er geen predikant kon worden. Dat was niet omdat ik niet de goede opleiding had, maar omdat de wijkgemeente financieel niet draagkrachtig genoeg was om mij als zodanig aan te stellen. Dus geen sacramentsbevoegdheid vanwege de centen! Die beperking geldt ook voor mijn opvolger, eveneens academisch geschoold. Maar hij kan niet profiteren van de doorgevoerde versoepelingen, nota bene omdat hij tevéél opleiding heeft; die zijn er uitsluitend voor HBO-ers. Wie het vatten kan, die vatte het. 
 
In het artikel gaat het ook om de ‘bescherming van de beroepsgroep’; hier van HBO-ers. Ik ben bang dat dit ook al heel lang een zwaarwegend argument is als het om predikanten gaat: die dominee moet ‘beschermd’ worden tegen allerlei ‘onbevoegden’. 
Dat er eisen worden gesteld aan degenen die de kansel beklimmen in de kerk, is begrijpelijk en goed, al denk ik ook dat een academische opleiding geen garantie is voor een vruchtbare verkondiging. Maar als het om de bediening van de sacramenten gaat, is die beperking me absoluut niet duidelijk. Ik hoop vanuit de synode nog steeds te vernemen wat er op tegen is dat - bijvoorbeeld - een godvruchtige ouderling doopt en het Avondmaal bedient, terwijl deze ambtsdrager wél gemeenteleden op hun sterfbed mag begeleiden. En waar de evangelische voorganger in de fout ging toen hij tegen gemeenteleden die klaagden dat het Avondmaal zo weinig werd gevierd in de gemeente, zei: ‘Dan doe je dat toch in je bijbelkring’. 
 
Als protestanten geven we hoog op van het sola scriptura, en van het priesterschap aller gelovigen. Dan hoor ik graag wat in dit verband de betekenis is van Johannes 4:2, waar terloops wordt vermeld dat Jezus ‘overigens’ niet zelf doopte, maar dat aan zijn leerlingen overliet, en van 1 Kor. 1:14-17, waaruit blijkt dat Paulus kennelijk dezelfde lijn volgde: zelf preken, maar het dopen aan anderen overlaten. En ik krijg graag een uitwerking van Handelingen 2:46, waar vermeld wordt dat de 3.000 nieuwe gelovigen ‘het brood bij elkaar thuis’ braken; daarbij zullen ze toch ook niet gewacht hebben tot er een bevoegde apostel langs kon komen. 
 
In de (presbyteriale) PKN zijn belangrijke beslissingen over het gemeenteleven - zoals de vraag of kinderen aan het Avondmaal mogen deelnemen en of homo-relaties gezegend mogen worden - aan de kerkenraad overgelaten (‘de gemeente gehoord hebbend’). Zou het dan ook niet voor de hand liggen om diezelfde kerkenraad te laten uitmaken wie in het midden van zijn gemeente de sacramenten mag bedienen, en wie hij wil toelaten tot de kansel? 
 

Gepubliceerd in het Nederlands Dagblad van 20 september 2021, pp. 12 en 13.
De genoemde Open brief aan de synode - met als titel Voor iedereen oplossing een probleem - stond in Woord & Dienst van 18 maart 2006, maar is ook te lezen als bijlage bij een eerder artikel over sacramentsbevoegdheid op deze blog, zie https://wimaanen.blogspot.com/2014/02/sacramentsbevoegdheid.html 

1 opmerking:

  1. Mooi stuk, Wim, en ook mij uit het hart gegrepen, maar verwacht niet dat er 'uit den hoge', i.c. Utrecht, ooit nog werkelijk inhoudelijke antwoorden gaan komen.

    BeantwoordenVerwijderen